1. Brainstorm.
We hadden al vrij snel het idee om met knikkers van verschillende diameters te werken. Deze zouden dan elk door een gat vallen dat aangepast was aan hun diameter. Een eerste probleem deed zich hier al voor om voor elke noot een knikker te vinden met een verschillende diamater. Hierdoor hadden we het idee om verschillende banen naast elkaar te maken met drie of vier verschillende gaten van klein naar groot.
2. Test en uitwerking.
Test 1.
Voor onze eerste test hadden we een baan gemaakt met drie gaten van elk een verschillende diameter. Wanneer we de knikkers in de baan lieten rollen bleven de knikkers met een grote diameter vastzitten in de gaten die bedoeld waren voor de knikkers met een kleine diameter. Dist was dus al een eerste probleem dat we moesten overwinnen.
Test 2.
Om het voorgaande probleem op te lossen hadden we fijne latjes bedacht. Hierop zouden de knikkers met een grote diameter er op rollen en de knikkers met een kleinere diameter er tussen rollen. Hierdoor zouden de knikkers niet komen vast te zitten in de gaten. De test hierbij lukt ook. Vanaf dit moment zijn we begonnen met de uitwerking van onze definitief eindresultaat.
Uitwerking eindreseultaat.
We zijn begonnen met een grote plaat te verzagen waarop we onze knikkerbanen naast elkaar zouden laten lopen. We hebben drie soorten gaten geboord voor telkens drie knikkers met een oplopende diameter. Vervolgens hebben we latjes gezaagd die de banen zouden scheiden van elkaar. Dit deden we met een verlijming.
Onze plaat bestaat uit zes banen met 15 gaten en dus 15 noten.
Vervolgens zaagden we de latjes die nodig waren om de knikkers niet te laten vastzitten in de gaten. Hierbij voorzagen we ook telkens een kleine afschuining om de knikkers goed te laten rollen. Dit deden we telkens ook met een verlijming.
Voor de noten hebben we een aluminiumbuis in verschillende stukken gezaagd. We startten met een stukje buis van 4 centimeter en deden er voor iedere noot lager 2 centimeter bij. En visa versa. We hebben de stukjes alumuminiumbuis aan de plaat met tapijt bevestigd met behulp van spijkers.
Om het geluid van de vallende knikkers op de plaat, waarop de stukjes aluminiumbuis op vast zaten op te vangen, hadden we een stuk tapijt op de plaat aangebracht.
Nu moest enkel nog een onderstel voor de plaat en een startbaan gemaakt worden. Dit was vrij eenvoudig om te doen.
Eindresultaat.
We hadden de plaat onder een zeer kleine hoek naar beneden laten staan waardoor de knikkers niet te snel zouden rollen en de noten vrij duidelijk en afzonderlijk te horen zouden zijn. Dit was echter niet het geval want de manier waarop de knikkers naar beneden liepen was niet bepaald gelijk en evenredig te noemen. Daardoor waren de noten enkel vrij kakafonisch, door elkaar te horen.
Wat misschien een oplossing was geweest, was om de bovenplaat groter en langer te maken waardoor de noten minder dicht op elkaar lagen.
Thomas Popelier en David Maes 1IPO1 - Poznokovyblok.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.